In gesprek met Alexander Chekmenev over Passport: historische en huidige urgentie in Oekraïne
De tentoonstelling Voorbij Wij en Zij gaat over identiteitsvorming, van individuen en van groepen. In de periode voorafgaand aan de tentoonstelling interviewde FOTODOK fotograaf Alexander Chekmenev, wiens project Passport (1994/1995) onderdeel is van de tentoonstelling. We stelden vragen over zijn achtergrond als fotograaf en over zijn ervaring van het project. Over de ontvangst van het project in Oekraïne, over de verwerking van Passport tot een boek en over de urgentie van het project vandaag de dag.
Toen in 1994 de Sovjet-Unie ineenstortte en Oekraïne onafhankelijk werd, hadden alle Oekraïense burgers ineens een nieuw paspoort met een nieuwe pasfoto nodig (de Sovjetpaspoorten waren officieel geldig tot 2000). In 1994 kreeg Alexander Chekmenev van de sociale dienst de opdracht om in een stadsdistrict van Luhansk in Oekraïne pasfoto’s te maken van ouderen en zieke burgers die zelf geen fotograaf konden betalen. Het project Passport dat hieruit voortvloeide, laat de context zien waarin deze pasfoto’s gemaakt werden. We zien de huizen en de leefomgeving van de Oekraïense burgers die op de foto gaan, en krijgen zodoende inzicht in de persoonlijke leefomstandigheden en sociale omgeving van deze mensen. In 2017, 22 jaar later, zette Chekmenev dit project om in de gelijknamige boekpublicatie Passport.
De foto’s in Passport werden gemaakt in een stadsdistrict in Luhansk in Oekraïne, het gebied waar ook Chekmenev zelf vandaan komt. In het interview omschrijft hij het als een zeer arme regio in Oekraïne. Ten tijde van de Sovjet-Unie leerde men geen Engels (waardoor Chekmenev zelf ook een vertaler nodig had bij dit interview) en daarnaast was Luhansk lange tijd een oorlogsgebied (Chekmenev vertelt in het interview over bombardementen die hun buurhuis verwoestten). Al deze omstandigheden zorgden ervoor dat Luhansk na de onafhankelijkheid een gebied was met weinig kansen en dat de ontwikkeling van het gebied vandaag de dag nog steeds moeizaam op gang komt. Ook voor Chekmenev betekende dit weinig kansen en veel risico om op een verkeerd pad terecht te komen. Van kinds af aan hield hij echter al van fotografie. Chekmenev vertelt dat deze passie hem uiteindelijk tot professioneel fotograaf heeft gemaakt. Langzamerhand begonnen zijn foto’s meer en meer gewaardeerd te worden vanwege hun verhalende en esthetische kracht. Daarnaast onderstreept Chekmenev dat zijn fotografie nog een ander groot belang heeft: het biedt hem de mogelijkheid om het sociale milieu in Oekraïne vast te leggen en aan de buitenwereld te tonen. Op de vraag of hij vandaag de dag kan leven van zijn fotografie, antwoordt Chekmenev: ja. Hij is inmiddels erg bekend, in Oekraïne zelf maar ook daarbuiten.
Gedurende twee jaar fotografeerde Chekmenev af en aan ouderen en zieken in Luhansk. Uiteindelijk werd het project, dat was geïnitieerd door de sociale dienst, niet afgerond wegens een tekort aan financiering. In totaal fotografeerde Chekmenev bijna 1000 personen, soms wel 60 mensen per dag. Verreweg de meeste foto’s die werden gemaakt, waren zwart-wit. In de jaren ’90 was kleurenfotografie in Oekraïne nog erg duur en het produceren en ontwikkelen moest 120 kilometer verderop gebeuren. Met deze reden werden de officiële paspoortfoto’s in zwart-wit gemaakt.
Chekmenev wilde echter verder inzoomen op de sociale omstandigheden waar men zich in bevond. Van 36 personen maakte hij daarom ook kleurenfoto’s waarbij niet alleen het gezicht van de mensen zichtbaar is, maar ook de ruimte eromheen. Mede omdat de rechten van de zwart-witfoto’s bij de Oekraïense overheid lagen, werden deze kleurenfoto’s uiteindelijk het uitgangspunt voor het project Passport. Juist omdat deze foto’s uitzoomen en niet alleen de gezichten maar ook de leefruimte van de Oekraïense burgers toont, werd Passport een historische documentatie van Oekraïne vlak na haar onafhankelijkheid.
Op de vraag of Chekmenev meer kan vertellen over de mensen die hij fotografeerde, antwoordt hij dat hij zich zeker veel herinnert van de twee jaar. Het hoge tempo waarin hij de foto’s maakte en de staat waar de zieken en ouderen regelmatig in verkeerden, maakte het echter wel moeilijk om contact te maken tijdens het fotograferen. Vaak kwam er ook weinig reactie van de burgers op het maken van de foto’s. Na 1995 is Chekmenev niet meer teruggegaan naar de mensen die hij fotografeerde.
Natuurlijk waren we ook erg benieuwd naar de reacties op het project en zijn bekendheid, in Oekraïne en daarbuiten. Chekmenev vertelt ons dat hij in Oekraïne bekend is bij velen, waaronder veel journalisten, schrijvers en kunstenaars. Omdat hij in Oekraïne al zo bekend is, heeft exposeren in het buitenland en hier bekendheid mee creëren, meer prioriteit. Hetzelfde geldt voor Passport en de thema’s die dit project bespreekbaar wil maken. Binnen Oekraïne was men zich bewust van de benarde omstandigheden waar ouderen en zieken zich in bevonden (en waar velen zich nog steeds in bevinden) in regio’s zoals Luhansk. Het historische portret van de sociale omstandigheden in Oekraïne moet juist in het buitenland bewustzijn teweegbrengen. Hoewel veel mensen in Oekraïne afwisten van de omstandigheden die Passport toont, hield de overheid zich volledig afzijdig van reactie op het project. Zelfs na een persoonlijke benadering door Chekmenev zelf, kwam er vanuit de overheid geen reactie. Het project werd echter ook niet verboden.
Wat betreft de reactie van de gefotografeerde mensen zelf, merkte Chekmenev als eerste op dat veel van hen zodanig oud of ziek waren dat ze vaak niet volledig beseften wat er gaande was. Veel van hen weten daarom ook niet dat ze vandaag de dag onderdeel zijn van dit project en recenter: van een boek. Chekmenev ging na deze twee jaar foto’s maken niet meer terug naar de mensen die hij fotografeerde, en hij weet dus niet hoe het nu met hen gesteld is. Hij vermoedt dat veel van de ouderen en zieken inmiddels, ruim 20 jaar later, ook overleden zullen zijn.
We spraken met Alexander Chekmenev niet alleen over het ontstaan van Passport als project in 1994/1995 en de verschillende reacties hierop, maar ook over de recent uitgebrachte gelijknamige boekpublicatie over het project. Waarom 20 jaar later een boek? Chekmenev legde ons uit dat hij in Passport de urgentie zag van een documentatie van zijn land en haar mensen, iets wat mensen overal met zich mee zouden moeten kunnen nemen. Zo ontstond bij hem het idee van een boek. Daarnaast: twintig jaar later heeft dit boek ook zeker nog veel relevantie: uit het gesprek bleek dat het project vandaag de dag misschien nog wel urgenter is dan in de jaren ’90. De situatie in Luhansk is volgens Chekmenev nog steeds hetzelfde, zo niet erger. Zijn eigen ouders wonen nog steeds in deze regio, dus op deze manier maakt hij de situatie regelmatig van dichtbij mee. Chekmenev vindt de thematiek van Passport vandaag de dag zelfs zo relevant, dat hij liet vallen na te denken over een vervolg. De situatie is echter zo slecht op dit moment (onder andere vanwege de aanwezigheid van de pro-Russische separatisten in het gebied), dat het niet langer mogelijk is om in dit gebied een gelijksoortig tweede project te maken.
Hoewel de overheid zich altijd afzijdig heeft gehouden, is het paradoxaal genoeg wel hun opdracht geweest die het project in eerste instantie mogelijk maakte. En hoewel de urgentie van het project in onze huidige tijd groot is en roept om meer, missen er voor een vervolgproject deze mogelijkheden. Tot er wellicht een vervolgproject komt, biedt Passport een indrukwekkende inzage in één van de vele verhalen van Oekraïne, waarbij op een kritische manier zowel de historische als huidige tijdsgeest wordt aangesproken.
Met dank aan: Alexander Chekmenev, zie ook zijn website
Geschreven door: Puck Barendrecht