Beeld: Caspar Claasen, uit de serie en boekpublicatie ‘Even Firemen’
Afgelopen donderdagavond vond de eerste ‘Taferelen-avond’ plaats in het teken van de nieuwe FOTODOK tentoonstelling ‘WHY WORK?’. Een avond waarin de gasten een rondleiding door de tentoonstelling volgden, genoten van het eten van restaurant SYR en waar gesproken werd over één specifiek thema: burn-out. Als medewerker bij FOTODOK schoof ik deze avond aan en uiteindelijk leverde het mijzelf een kijk op het thema op, die toch anders was dan daarvoor.
Dankzij Taferelen viel het me ineens op dat de nadruk van het beeld over burn-out vaak ligt bij de oorzaak van het probleem: te hoge werkdruk, prestatiegerichtheid in de maatschappij, het feit dat men bijna altijd online is en dus continu ‘aan’ staat. Maar wat is het beeld van alles wat daarna komt? Van het moment waarop de burn-out in alle hevigheid aanwezig is en onder andere werken onmogelijk maakt? Of wanneer het stukje bij beetje weer beter gaat en de vraag ontstaat hoe alles weer het beste op te pakken?
Typerend voor Taferelen is dat een bepaald thema vanuit een beeldperspectief en een meer theoretisch perspectief wordt belicht. Tijdens deze avond waren daarbij fotograaf Caspar Claasen te gast en Jan Willem Vonk; eigenaar en jobcoach bij GGZ dienstverlener Astare.
Caspar Claasen beet het spits af en vertelde over zijn recent uitgebrachte fotoboek ‘Even Firemen’, dat gaat over de burn-out waar hij in de herfst van 2013 in belandde. Wat de oorzaak hiervan was, beschreef hij tijdens de avond als volgt: ‘dingen waarmee je al lang rondloopt en die er nu ineens uitkomen’. Op een gegeven moment was werken als fotograaf en Visual designer niet meer mogelijk. In deze periode waarin angst en depressie de boventoon voerden, bracht hij ook veel tijd door met zijn dochter Lora. En hoewel Caspar een periode niet meer kon werken als fotograaf, liet hij fotografie zelfs in deze periode niet los.
Allerlei verschillende momenten die hij met zijn dochter doorbracht – voor haar vrolijke gebeurtenissen – legde hij vast. In de beelden zien we echter niet alleen Lora, maar vooral de projectie van Caspars ervaring en gevoelens op dat moment. En juist dit deelnemen aan allerlei verschillende situaties en zijn ervaring hiervan vastleggen via zijn dochter, zorgde ervoor dat hij zich langzamerhand beter ging voelen. Caspar vertelde dat waar zijn angsten op een zeker punt zijn realiteit bepaalden, hij met hulp van zijn dochter deze angsten stukje bij beetje onder ogen zag en zo ervoer dat het ook anders kon zijn. In de pogingen om een goede tijd met zijn dochter te hebben, werd de situatie in realiteit stukje bij beetje werkelijk beter.
Als reactie op dit persoonlijke beeldverhaal, nam Jan Willem Vonk vervolgens het woord om te vertellen over zijn ervaringen als jobcoach in de geestelijke gezondheidszorg. Hij vertelde over een behandelmethode waarin de eigen wensen en ambities van de cliënt centraal staan, bijvoorbeeld met betrekking tot het vinden van werk. Een voor de hand liggend concept zou je zo denken, maar dit bleek lange tijd in de psychiatrie niet het geval. ‘De huidige psychiatrie is als een Febo-cultuur: er is te weinig keuze’, zo stelde Jan Willem deze avond. Vaak bepaalde de zorgverlener wat goed voor iemand was, waarbij de eigen ideeën van cliënten te weinig werden geïntegreerd in de behandeling. Terwijl in alle rust de tijd nemen voor wat iemand zélf wil en belangrijk vindt, juist van groot belang is. Dit bewijs zagen we ook in het verhaal van Caspar terug: ondanks alles ging hij door met fotograferen en hielp dit hem uiteindelijk met zijn burn-out.
Op mijn vraag naderhand hoe dat dan moest als bepaalde wensen van cliënten tóch volledig indruisten tegen wat wellicht goed of haalbaar voor hen was, antwoorde Jan Willem: ‘dan zal ik ze nooit vertellen dat het niet kan, maar samen met ze uitzoeken wat de mogelijkheden zijn, waarmee ze zelf inzicht krijgen in of dit wel haalbaar is.’
Zo zagen we tijdens deze avond twee hele persoonlijke verhalen omtrent burn-outs, waarbij het niet ging om het precies uiteenzetten van de actuele feiten of het aandragen van dé oplossing, maar om het gesprek en de persoonlijke benadering bij een problematiek zoals deze. Beide sprekers gaven aan dat een burn-out onherroepelijk verandert hoe je bent en dat geen enkele benadering erom draait om mensen terug te brengen naar wie ze ooit waren. Wat het wel kan doen is mensen stukje bij beetje dichterbij brengen bij hoe ze zouden willen zijn in de toekomst. Niet door middel van een vast keurslijf of gesprekken over het ‘nut’ van een bepaalde keuze, maar door mensen de ruimte te geven om te kiezen wie ze zijn.