Met veel plezier geef ik sinds januari dit jaar wekelijks fotografie les aan een groepje van twaalf tienjarigen. Dit doe ik op een hele toffe plek, namelijk de CursusBSO. Precies wat de naam zegt: een buitenschoolse opvang en cursus in één. Hoe dat zo gekomen is? Dankzij de lobby van één heel enthousiast meisje. Vorig jaar herfstvakantie organiseerde FOTODOK voor de eerste keer een FOTOkids week; een viertal dagen boordevol met creatieve fotografie workshops, waaronder ook een middag stopmotion maken. Lize (10) was één van de deelnemende kinderen en misschien ook wel de aller- aller enthousiaste, zo zou later blijken. Ik kreeg namelijk drie maanden later een telefoontje van Madelon van de CursusBSO met de vraag of het me wat zou lijken om gedurende 20 weken een fotografie cursus te komen geven op haar BSO. Ze had namelijk een verzoek ontvangen van ene Lize die de workshop bij FOTODOK niet vergeten was en bij haar BSO had verzocht om een cursus fotografie. Nou – wie kan daar nou nee tegen zeggen!
Workshop vs. cursus
Inmiddels zijn we al op driekwart van de cursus en komt het einde in zicht. Een moment om terug te blikken op een bijzondere en vooral ontzettend leuke tijd. Er is natuurlijk een enorm verschil tussen een eenmalige workshop en een groep kinderen wekelijks begeleiden. De band die er opgebouwd wordt maakt het mogelijk om beter in te spelen op de individuele vragen en daardoor is er naast een duidelijke ontwikkeling ook ruimte voor spontane zijwegen. Voor mij als kunstdocent is het heel waardevol hun ontwikkeling zo van dichtbij mee te mogen maken en verschillende aanvliegroutes van beeldeducatie met een groep te kunnen doorlopen. Zo vlogen we van fotocollages, naar beeldrijmen met een fotomemoryspel, gingen we op fotosafari om onze ogen te trainen, bedachten we spannende foto’s bij zinnetjes tekst, maakten we super serieuze portretten en acteerden we in fotoverhalen met ‘analoge’ trucage.
V.l.n.r. fotogram maken, gezichtjes zoeken tijdens fotosafari, ‘analoge’ trucage, fotomemory speldoosje
Perspectief, selfies en David Hockney
Waardevol om te zien is dat bepaalde termen goed bij de kinderen blijven hangen doordat ze in verschillende lessen terugkomen in een andere vorm. Zo stond de tweede les in het teken van selfies maken. Voor mij een aanknopingspunt om het te hebben over vogel- en kikkerperspectief. Voor de kinderen heel toegankelijk omdat selfies maken dichtbij hun eigen belevingswereld ligt. Dan is het nog leuker om te experimenteren met uit welke – hoge of lage – hoek je de allerbeste selfie maakt. Het thema perspectief kwam in de les over fotocollages van David Hockney weer terug, maar dan in een hele andere, abstractere vorm. Als je weet wat perspectief is kan je er ook mee spelen. En zie je dan nog wat het is? Of maakt dat eigenlijk niet eens meer uit? In twee lessen zijn we losgegaan met, zoals één leerling het noemde: ‘Eén foto uit duizend foto’s maken.’ Alle geprinte foto’s werden door de één zorgvuldig naast elkaar geordend en gerangschikt tot een net raster. En een ander gooide de boel juist lekker chaotisch door elkaar tot er een abstracte, schilderachtige compositie overbleef. De vraag waar ik op hoopte kwam van een leerling die vroeg: ‘Welk perspectief is dit nou? Ik snap er niks meer van.’ Waarop zijn buurvrouw wijs antwoordde: ‘Het zijn ze allemaal. Dit is kikkervogelperspectief.’
V.l.n.r. inspiratie van David Hockney, fotocollage leerling, fotogram
Als één van de laatste lessen komende weken staat pinhole fotografie op het programma. De kids zijn as we speak druk bezig Pringles chips bussen leeg te eten, zodat we deze kunnen ombouwen naar echte camera obscura’s. Als alle twaalf kinderen over een kleine maand hun boekje met zelfgemaakte foto’s trots mee naar huis nemen, is er natuurlijk maar één die nog veel trotser is. Maar ik zeg niet over wie ik het heb. 😉